Zijn heerlijk chaotische slotpresentatie
Leo Willemse nam in zijn verslag onderstaande zinnen op:
De hele dag was een oproep om de inhoud van de bibliotheek, de collectie, te gebruiken. In zijn heerlijke chaotische slotpresentatie stelde Hans van Duijnhoven dat luid en duidelijk: ”Het gaat om de INHOUD!” De wetenschappelijke en filosofische onderbouwing kwam van Brinkgreve, Hermsen en Vanheste. Want als me iets bijbleef - en ik moet heel veel aantekeningen uit dit verslag weglaten - dan is het dat de subjectieve waarheid van verhalen, vaak als zwak en onwetenschappelijk aangeduid, een terugkeer beleeft. Door in die verhalen, fictie en non-fictie, patronen, perspectieven te ontdekken, worden de verhalen bezielde data (Brinkgreve), die even krachtige grondstof, brandstof opleveren als de “objectieve cijfers “. Het is heel bijzonder om dit van wetenschappers te horen. Vervolgens gaan ze aan de slag met die verhalen, onderbouwen die met hun onderzoek, en leggen hun resultaten aan ons voor. Brinkgreve doet dat in Vertel, over de kracht van verhalen, Hermsen in Kairos,een nieuwe bevlogenheid en Vanheste in De wijsheid van de roman.
Achteraf - en meestal komt dan pas het inzicht - hadden we meer tijd in moeten ruimen voor mijn onderdeel. Of moeten skippen. Van tevoren had Marina nog gezegd dat ik slechts een kwartier had en dat ze me onverbiddelijk zou afkappen. Ik wist dat ik veel te melden had en begon voortvarend aan mijn verhaal. Maar dat kwartier was écht te kort. Dus begon ze op zeker moment (ik vermoed na twintig minuten) charmant, maar toch, aan te dringen: "Afronden!" Met mijn charme (!) wist ik er nog enige minuten aan toe te voegen, maar dat ging waarschijnlijk wel ten koste van de consistentie van mijn betoog. In alle hectiek en door mijn natuurlijke neiging om té veel informatie in een artikel of presentatie te stoppen, zullen niet alle aanwezigen hebben begrepen wat ik over het voetlicht wilde brengen. Hieronder een poging dat alsnog te doen. Klik hier voor de presentatie die ik deze middag liet zien (47 slides op Slideshare). In onderstaande tekst zal ik vaak doorlinken naar andere artikelen, waarin ik dieper op een bepaald onderwerp inga. Om aan te geven waar de ideeën, die ik deze middag naar voren haalde vandaan komen. Een gemiddelde bibliothecaris is een jatter. Die overal stukjes informatie ophaalt, probeert mee te nemen en (soms) hergebruikt. Eclecticus, is een deftig woord. Dekt echter niet helemaal de lading.
Op slide 3 stel ik mezelf voor. Geboren in 1955. Sinds 1980 werkzaam voor de Openbare Bibliotheek Oss. Later ging die op in BasisBibliotheek Maasland en sinds enige jaren zijn we de NOBB (de Noord Oost Brabantse Bibliotheken). Heb daar door de jaren heen uiteenlopende werkzaamheden gedaan. Ook veel managerachtige dingen, maar ben wel bijna altijd betrokken gebleven bij 'de inhoud'. Zeg maar: collectioneren, activiteiten organiseren en uitvoeren, lezingen e.d.
Ik benadrukte deze middag dat we als sector té veel bezig zijn met structuren of de laatste jaren bezig zijn met ebooks, gastlenen, een landelijke catalogus enzovoorts. Terwijl we - naar mijn mening - beter meer tijd zouden kunnen stoppen in 'de inhoud', bezig zijn met mensen en groepen. Communityvorming.
Mijn feitelijke verhaal begon hiermee: een aantal legostenen. Op een hoop gegooid. Dit beeld staat voor alle brokjes informatie die doorlopend op ons afkomen. Een goede bibliothecaris zoekt dat ook op. Hij (meestal zij, maar ik heb het hier over een hij) moet de natuurlijke houding hebben om zich meer dan de gemiddelde Nederlander te voeden met informatie. Meer dan gemiddeld (boeken, tijdschriften, kranten) lezen, musea bezoeken, naar 'de film' gaan, sommige tv-programma's bekijken, naar de radio luisteren, concerten en theaters bezoeken, via Twitter of internet mensen en ontwikkelingen volgen. Zo'n bibliothecaris is daar 24x7 per week mee bezig. Alles wat hij opsnuift kan ooit van pas komen.
Een goede bibliothecaris verzamelt door de jaren heen een ontzettend grote doos legostenen. In allerlei soorten, maten en kleuren. En doet er in zijn werk doorlopend iets mee.
Maar hij moet zich bij dit alles twee dingen voor ogen houden. De eerste valkuil is om met alle brokjes informatie steriele bouwwerken te gaan optrekken. Je maakt producten of diensten waar kraak noch smaak aan zitten. Steriel. Of nagebouwd van een bouwschema dat door een Lego-bibliotheek-fabrikant wordt aangeleverd.
Het andere - veel grotere - gevaar is dat je alle informatie die tot je komt, inpast binnen jouw eigen kijk op de werkelijkheid. Eli Pariser noemde dat enkele jaren geleden de 'filter bubble'. Een fenomeen dat door de komst van internet (en vooral de zoekmachines en algoritmes die veel bedrijven gebruiken) veel groter is geworden. Het is tegenwoordig heel 'gemakkelijk' om tot jezelf alleen díe informatie toe te laten die bij jouw 'unieke' kijk op de werkelijkheid past. Je abonneert jezelf in dat beeld op een paper for one. Jezelf, dus. Je wordt in zo'n wereld amper meer verrast door legosteentje met informatie die volstrekt haaks staan op jouw kijk op de werkelijkheid.
De laatste jaren heb ik als bibliothecaris de notie dat we onafhankelijk, neutraal of objectief (zouden) moeten zijn losgelaten. Dat proces heeft jaren geduurd. Het is - denk ik - onmogelijk om dat te doen. Sterker. Ik vind nu dat een bibliothecaris op zeker moment een standpunt over een bepaalde ontwikkeling of 'ding' in moet nemen. Om vanuit dat standpunt daarmee 'iets' binnen de bibliotheek te gaan doen. Ik toonde niet voor niets een slide met daarop het woord OEPS! Het is - vermoed ik - vloeken in de bibliotheekkerk.
Dit behoeft natuurlijk enige nuancering. Ik bedoel niet dat ik mijn persoonlijke (politieke, religieuze) overtuiging er door heen moet rammen. Nee. Ik bedoel dat je als bibliothecaris moet proberen om uit die immense zee legosteentjes er enkele zodanig samen te brengen dat er een inzicht over een bepaalde trend of ontwikkeling komt bovendrijven. Een inzicht dat je vervolgens met jouw achterban in jouw (bieb)wereld deelt. Niet onder het mom dat IK het weet. Nee, eerder als een soort voorstel. Kijk, hier hebben we een bepaalde ontwikkeling. Ik heb geconstateerd dat dit of dat gaande is. Op basis van alles wat ik heb gelezen (lees maar mee!), gezien (kijk daar eens naar!), gehoord (er is een mooi liedje over dit of dat!), beleefd (ik woonde een lezing van die persoon bij!) kom je met een inzicht. Een gedachte. Die je vervolgens uitwerkt tot een product of dienst.En het is aan u - gebruiker van de bieb - om er kennis van te nemen en om er vervolgens zelf een standpunt over in te nemen.
Uiteraard kun je als je een standpunt inneemt domme dingen doen. Een en ander iets té geprononceerd naar voren brengen. De wijsneus uithangen. De naam van 'de bieb' te grabbel gooien. De oplossing is redelijk simpel. Omring jezelf met goede collega's. Die (a) anders naar de werkelijkheid kijken en (b) niet te beroerd zijn om te zeggen dat je hier en daar iets té stellig een standpunt inneemt. Je bijsturen. Dat kan natuurlijk alleen als je jezelf met een team mensen omringt die tegengas durven te geven én voor wiens oordeel je ook respect kunt opbrengen. Waarom? Omdat je weet dat zij op hun beurt ook een verwoede poging doen grip te krijgen op die weerbarstige werkelijkheid, waarin veel 'dingen' gebeuren die je zelf mist.
In dit verband is ook belangrijk HOE je dit inzicht, standpunt, conclusie formuleert. En hiermee komen we op het thema van de studiedag. Een bibliohecaris die op deze manier bezig is vertelt in feite een verhaal. Haalt uit de boze buitenwereld een groot aantal brokken informatie samen en bouwt iets nieuws: een verhaal. Het is absoluut een creatief iets. Tenminste, als die bibliothecaris zelf dat gebouw(tje) optrekt en niet leent van een collega bibliothecaris uit Groningen. Want dan is hij bezig met copy-paste. Dat mag. Maar eigenlijk is het not done in de 21e eeuw. Daarin zijn we volgens sommige denkers veroordeeld om als een soort kunstenaar door het leven te bewegen en doorlopend unieke dingen tot stand te brengen. De 21e eeuw als een groot Lego-paradijs waar we voortdurend met alle, zeer diverse steentjes unieke 'dingen' maken. Verbindingen leggen.
Achteraf had ik wellicht dit onderdeel weg kunnen laten. Had ik aan het eind van mijn presentatie niet zo hoeven te jagen. Maar aan de andere kant wilde ik de toehoorders een mij onlangs aangereikt verhaal niet onthouden. Afkomstig van Maria Popova, een Bulgaars-Amerikaanse vrouw die sinds zeven jaar het blog Brain pickings onderhoudt. Waarop zij lange artikelen schrijft over het belang van cultuur, lezen, kunst maken en ervaren, creativiteit. Prachtig geïllustreerd. Ze verwijst vaak naar interessante personen. Zo ook enkele weken voor deze studiedag, toen ze in een artikel aandacht vroeg voor het verschil tussen informatie, kennis en wijsheid. In haar artikel nam ze het beeld mee van iemand die een schip wil bouwen (Shipbuilding)
Information is having a library of books on shipbuildingJe zult bouwstenen moeten hebben om te kunnen gaan bouwen. Je moet informatie verzamelen.
Knowledge apllies that to building a ship. Maar: access to the information - the books - is a prerequisite for the knowledge, but not a guarantee
Moral wisdom helps you tell the difference between the right direction and the wrong direction in steering the shipDe clou zit natuurlijk aan het eind. Wijs ben je pas als je met de door jouw verzamelde stukjes informatie iets hebt geleerd (zeg: kennis vergaard) om er vervolgens iets goeds mee te doen. Wijsheid heeft - en dat is de centrale boodschap van haar verhaal - te maken met afwegen wat goed of slecht is. Het is geen onafhankelijk, neutraal of objectief 'iets'. Integendeel: een wijs iemand weegt belangen af.
Rol van de bibliotheek
De bibliotheek is natuurlijk vooral bezig informatie te verzamelen, ontsluiten en aanbieden. In de hoop dat haar gebruikers met die informatie tot kennis en wijsheid komen. Maar over dat aanbieden van informatie kun je als bibliotheek wel voor 'een bepaalde richting' kiezen. Aan de ene kant staan bibliothecarissen die het (erg) belangrijk vinden dat zij haar klanten aanbieden wat zij vragen. Aan de andere kant zijn er ook bibliothecarissen die - vanuit een bepaalde kijk op de werkelijkheid (waarover iets verderop iets meer) meer aanbieden. Ook 'dingen' onder de aandacht brengen die de gemiddelde gebruiker juist niet zocht.
De eerste soort bibliothecarissen vertellen vooral het verhaal van een ander. Zij realiseren zich wellicht onvoldoende dat het gros van 'de vraag' van het publiek gemanipuleerd is. Het heeft ook te maken met de notie van de 'filter bubble'. Die geldt natuurlijk niet alleen voor bibliothecarissen. DWDD is een perfect voorbeeld om dat te illustreren. Hoeveel bestsellers heeft dit programma al niet opgeleverd?
Het beeld dat Maria Popova gebruikt (Shipbuilding) bracht bij mij, toen ik het las, meteen (stante pede) een liedje naar boven. Shipbuiliding, een song van .... Robert Wyatt. Uit het begin van de jaren tachtig. Een liedje over de Falkland islands en de oorlog tussen Engeland en Argentinië. Maar nee, geen liedje van Wyatt, want geschreven en ook opgenomen door Elvis Costello. Maar de mooiste versie is van Robert Wyatt! Aan de andere kant: op de Costello-opname kun je Chet Baker op trompet horen. Een prachtig liedje dat in deze eeuw ook door June Tabor en The (zusjes) Unthanks is opgenomen. Een liedje dat impliciet ook een illustratie is van de gedachte dat er verschillend gedacht kan worden over wat belangrijk is. In het begin van de jaren tachtig was het kommer en kwel in Engeland (hoge werkloosheid). Toen brak de oorlog om die eilanden uit en trok de werkgelegenheid in Engelse steden weer aan. Waarom? Er zouden weer oorlogsschepen gebouwd gaan worden. Meer werk en inkomen. Maar aan de andere kant: door die schepen zouden in de toekomst ook weer mensen gaan sneuvelen.
When we could be diving for pearls
Intermezzo (2)
Terwijl ik op zondag 28 september de presentatie aan het voorbereiden was kwam een tweet van econoom Robert Went voorbij. Die als een soort kers op de taart toegevoegd kon worden. Je hoopt dat mensen met aangereikte en opgedane stukjes informatie iets gaan doen. Dat er kennis ontstaat. Begrip ontstaat hoe dit of dat werkt. Maar eigenlijk hoop je dat mensen met hun kennis wijze dingen (gaan) doen. Of - een buzzwoord - creatief worden of zijn. Unieke bouwwerken tot stand brengen.
Aan het eind van 2014 durf ik wel de stelling te betrekken dat we écht op weg zijn naar een volstrekt andere wereld. Sterker: we zitten in een andere tijd. Waar overal geoefend wordt. Overal zijn 'dingen' aan het schuiven. Ontstaan nieuwe manieren om dit of dat te regelen. Dit is niet langer een vermoeden of een gevoel. Nee, we zitten midden in die transitie. Hoogleraar Jan Rotmans - die we op 25 februari 2014 in theater Markant voor een volle zaal (550 mensen) lieten spreken - gebruikt vaak de zin dat we in een verandering van tijdperk zitten. Niet zoals de generaties voor ons in een tijdperk waarin veranderingen plaatsvinden. Een oud, afgesleten model loopt op haar laatste benen. Er komt een ander bovendrijven. Met veel gedoe. Onzekerheid. Frustraties. Maar ook een periode vol hoop en met kansen voor mensen die de mogelijkheden zien en grijpen.
In een column voor het Brabants Dagblad heb ik het over aanzeggers. Of aansprekers. Dat waren mannen die tot in het midden van de vorige eeuw langskwamen om aan te zeggen dat deze of gene dood was. En op die dag was de begrafenis. Opgewekte aanzeggers zijn alom in ons midden. Het zijn mannen en vrouwen die als het ware redelijk opgewekt komen vertellen dat ons oude model (bijna) overleden is. Maar geen nood, er is een nieuw model in de maak. Kijk, dit en dat gebeurt er al. En gelooft u het niet. Ik noem enkele sectoren of terreinen waar de komende jaren veel gaat schuiven: economie, (betaald) werk, pensioenen, zorg, voedsel, armoede, grenzen, gezondheid, privacy, sterven, lezen of het democratisch functioneren. Centraal staat de vraag wat een goed leven is. Draait het in 't leven om het BNP of het BNG (het Bruto Nationaal Geluk)?
In de TrendRede 2015 wordt gerept van een betekenisrevolutie. We zitten er midden in. En overal lopen ook systeemprikkers en ketenkrakers rond.
Zonder volledige te zijn noemde ik drie grote ontwikkelingen, thema's of vragen. De eerste is de Wet van Moore, die er voor zorgt ontwikkelingen steeds sneller gaan. Van lineaire naar exponentiële groei. De grote aanjager achter wetenschap en daarvan afgeleide technologie. Het tweede punt is de vraag wie het in onze samenleving voor het zeggen heeft. Wie is de baas in ons eigen brein, de baas in een land en de baas over 'de toekomst'. Verder komt steeds prominenter de vraag op over de richting die we als samenleving in zouden moeten willen slaan. In wat voor samenleving willen we eigenlijk leven?
Er wordt veel over geschreven
We leven in spannende, verwarrende tijden. Gelukkig wordt er veel over geschreven. Over uiteenlopende aspecten van onze transitie. Soms wordt de nadruk gelegd op de diagnose (wat is er aan de hand?), een andere keer doen schrijvers voorstellen om dit of dat in de toekomst anders te gaan doen. Het is een stortvloed aan meningen, analyses, verhalen. Een mooie taak voor een bibliothecaris om die stortvloed te 'begeleiden'. Aloude dingen doen als collectioneren en ontsluiten. Maar je kunt er als (moderne?) bibliothecaris (gids? verkenner?) iets extra's aan toe voegen. Hoe? Door een standpunt in te nemen.
Deze verwarrende tijden schreeuwen om duiding. Mensen die als een soort gids of verkenner uit de informatiestortvloed waardevolle 'dingen' naar voren halen. Ze in context zetten. Leden en niet-leden verleiden er kennis van te nemen. Hoe? Door er een ratjetoe aan werkvormen op los te laten. Voor uiteenlopende doelgroepen.
Mensen te voeden met de dilemma's waar we voor staan
Deze zin werd op een onverwacht moment aangereikt. En degene die de zin uitsprak (tijdens een lezing) had niet dé bibliotheek op het oog. Nee. Hij bedoelde als econoom van de 'nieuwe stempel' de consumenten van dit land. Wij allemaal dus. Henk van Tuinen heeft heel zijn leven gewerkt voor het CBS. Als econoom. Kort na zijn pensioen verscheen in het najaar van 2013 Ons land kan menselijker : naar een economie die de samenleving verbetert. In dit boek houdt hij een warm pleidooi om een fonds in het leven te roepen, vanwaaruit campagnes gefinancierd kunnen worden die tegen het almachtige reclamegeweld ingaan. Een hopeloos voorstel, althans voorlopig.
Toen Henk van Tuinen dat op zondag ?? in de Groene Engel in Oss zei - voelde ik meteen aan dat die zin op ons, de bibliotheek sloeg. Een van onze rollen is de mensen in onze regio te voeden met de dilemma's van onze tijd en samenleving. Niet om ze te vertellen wat er moet gebeuren, maar meer hen de vraag voor te houden of er over dit of dat onderwerp niet nagedacht zou moeten worden. Om te komen tot een besluit om iets in die andere wereld anders te gaan doen.
Een unieke constatering?
Alhoewel de zin van Henk van Tuinen erg fraai is - en ik hem doorlopend gebruik - zijn er veel meer mensen die ongeveer op hetzelfde wijzen. Als mensheid staan we voor grote uitdagingen, veranderingen. We zitten midden in een proces waarin 'het oude model' afsterft en langzaamaan - alhoewel soms met schokken - plaats maakt voor nieuwe vormen. En zoals ik hierboven al aangaf: er wordt heel veel over geschreven. Klik hier voor de literatuurlijst van de Lezers van Stavast.
Tien jaar jaarthema's
Achteraf begrijp je beter wat je zoal gedaan hebt. In 2004 begonnen we in Oss met een reeks lezingen rondom een bepaald thema. Dat door sprekers vanuit verschillende achtergronden werd toegelicht. Op een vaste dag in het jaar: de derde zondag van de maand. Van oktober tot april. In zaal De Groene Engel in Oss. Tijdstip: van twee tot vier. Met na afloop een drankje in het inpandige café. Na die eerste reeks kwam er een tweede, derde enzovoorts. We sloten de rij onlangs af: april 2014. Tien jaar lang een jaarthema. En achteraf kun je constateren dat we tien jaar lang een verhaal hebben verteld. Een verhaal dat in de titel iets vertelde over 'dingen' die in onze samenleving spelen. Speelden. Thema's die elkaar als het ware 'opvolgen'. Titels die laten zien hoe de samenleving zich de afgelopen tien jaar heeft ontwikkeld.
Een bibliothecaris die op zeker moment een standpunt inneemt wordt een verhalenverteller. En gaat vervolgens nadenken over werkvormen om dat verhaal neer te zetten. Moet nadenken voor wie het verhaal bedoeld is. Wanneer hij het verhaal wil vertellen. En welke methodes daarvoor geschikt zijn. Er zijn veel varianten beschikbaar.
Hét verhaal van onze tijd?
Aan het eind van mijn verhaal wilde ik de bibliothecarissen meenemen in het verhaal dat we de laatste jaren vertellen. Zeg maar de notie dat we midden in een grote transitieperiode zitten, waarin alles (nou ja, bijna alles) aan het schuiven is. Door tijdgebrek schoot dit er bij in. Ik wilde ze de laatste drie jaarthema's laten zien en kort aangeven waar die over gaan: Who's in control?, Echte waarde(n) en Oefenen voor een andere tijd.
Bijna alles wat op dit moment in de samenleving gebeurt kun je onder deze noemers scharen. Overal wordt binnen de Westerse samenleving nagedacht of ons oude model nog wel 'mee kan' in de 21e eeuw. En in dat proces moeten mensen zich af vragen wie er stuurt (of gestuurd wordt), wat échte waarde heeft en zich steeds realiseren dat we overal gedwongen zijn op zoek te gaan naar werkbare alternatieven. En dat laatste kan alleen door oefenen. De tijd dat dé oplossingen van bovenaf in een blauwdruk over ons uit werden gestort is voorbij. In een liedje van Gretchen Peters (Idlewild, van de cd Hello cruel world uit 2012) wordt het prachtig verwoordt:
They think we're driving, I know we're drifting
Rollen van de bibliothecaris
Ik had aan het slot amper tijd om mijn collega bibliothecarissen een zevental rollen voor te houden. Die we allemaal, door elkaar heen de hele dag hebben te spelen. Een inzicht dat ik gejat heb van andere denkers. Vijf rollen werden in 2012 aangereikt door marketing- goeroe' Seth Godin. Een Amerikaan die in zijn online manifesto Stop stealing dreams (What are schools for?) in gaat op de vraag hoe we onze kinderen op school zouden moeten klaarstomen voor de 21e eeuw. Een prachtig geschreven pamflet, waarin hij (ook) een zeer warm pleidooi houdt voor het belang van lezen én schrijven. In het langste hoofdstuk (The future of the library) benoemt hij vijf rollen voor de bibliothecaris. Hij noemt de rol van producer (of regisseur), impresario, leraar, conciërge en verbinder.
Een Amerikaanse bibliothecaresse - Sarah Visintini - noemt vijf andere rollen. Twee daarvan wijken af van die van Seth Godin. Een bibliothecaris is ook deelnemer én student.
De belangrijkste rol van een bibliothecaris is bij hem (en daar ben ik het wel mee eens) dat hij mensen rondom een bepaald onderwerp bij elkaar brengt, dat er in die groep iets (creatiefs) gebeurt; inzicht groeit in dit of dat. Hij doet dit niet zo maar. Nee, hij denkt na over wat hij wil bereiken, tot stand brengen. Huurt indien nodig mensen of andere 'dingen' (zoals een tentoonstelling) in, legt af en toe aan groep mensen iets uit, is niet te beroerd om zelf koffie te schenken of de beamer aan te sluiten. Maar bovenal is hij bezig met verbinden. Mensen met ideeën. En die bibliothecaris maakt deel uit van die groep (als deelnemer) en leert er zelf ook iets van.
Andere verhalen
Ik had op dinsdag 30 september geen tijd meer om met de zaal aanzetten voor nieuwe verhalen te delen. Het zijn gedachten over 'dingen' die me de laatste tijd steeds vaker opvallen.
Allereerst de notie dat we in pre-revolutionaire tijden leven. Er hoeft maar dít te gebeuren, of de vlam zou in de pan kunnen slaan. Mensen die het niet langer pikken, boos worden, in opstand komen. Waartegen? Een soort kaste die over de hoofden van veel burgers heen beslissingen neemt die het gros van de bevolking écht niet wil. Maar die maatregelen worden desondanks toch genomen en niemand lijkt in staat de trein te stoppen.
Verder zie ik ook steeds vaker dat mensen aan de ene kant wel weten dat we in een samenleving leven die vergeven is van wetenschap én technologie. Sterker: zonder die hele machinerie dondert onze samenleving in elkaar. En tegelijkertijd zie ik overal signalen dat mensen zich daar van af willen keren. Niet wensen te horen dat zij zelf in hun eigen hersenen niet de baas zijn, willen geloven in 'iets'. Op zich geen nieuwe gedachten, maar aan de andere kant zou je de conclusie kunnen trekken dat mensen niet willen dat 'de wetenschap' hen van al hun illusies berooft. Het boek We zijn nog nooit zo romantisch geweest van Hans Kennepohl is daar een perfect voorbeeld van. We leven in een romantische Verlichting of een verlichte Romantiek.
Levenshouding
Ik wou afsluiten met twee gedachten. Een soort dagsluiting. De eerste is de levenshouding van de eerder genoemde Seth Godin: Go, make something happen. Elke bibliothecaris zou wat mij betreft zo in het leven moeten willen staan. Zorg dat je iets voor elkaar krijgt. Het doet er niet zo veel toe - ho ho, het doet er wel toe! - als je maar zorgt voor leven in jouw eigen brouwerij, sorry bibliotheek en omgeving.
De tweede is dat je als bibliothecaris blijft lezen. Je doorlopend jezelf voedt met veel en bijzondere legosteentjes. Dan komt het allemaal goed. Amen.
(dinsdag 7 oktober 2014)
Hans van Duijnhoven
Geen opmerkingen:
Een reactie posten